Heggensnijden en tuinonderhoud zijn uiterst belangrijk als het gaat om het bepalen van uw buitengrenzen met uw buren.
Zoals alle onderhoudswerkzaamheden aan tuinen is planning uiterst belangrijk en niet meer dan de apparatuur die moet worden gebruikt. Het is niet alleen belangrijk om ervoor te zorgen dat uw trimmers en scharen in goede staat verkeren, maar u moet ook nadenken over uw veiligheidsuitrusting, zoals handschoenen, bril en voor hoog geplaatste taken, helmen en goede laarzen.
Voor kleinere heggenscharen zou normaal echter voldoende zijn voor grootschalige werkzaamheden. Benzine of elektrische trimmers zouden tegenwoordig als standaardoptie worden beschouwd.
De meeste hagen moeten na het planten worden geknipt en vervolgens twee keer per jaar in de lente en de late zomer. Normaal gesproken zou je alleen de zijscheuten van meer gematigde heggen trimmen, waardoor de leidende scheuten onaangeroerd blijven. De krachtigste soorten moeten misschien 2 of 3 keer worden getrimd in het groeiseizoen. Zodra de leidende scheuten de gewenste hoogte hebben bereikt, knip ze dan vlak om een platte, breder groeiende heg te maken.
Tijdens het trimmen van de heg is het uiterst belangrijk om ervoor te zorgen dat u altijd een goed uitkijkpunt hebt om te beoordelen hoe uw “lijnen” lopen omdat het erg moeilijk is om nauwkeurig met het oog te bepalen; pas als je daarmee klaar bent, worden eventuele fouten duidelijk.
Het mooie van werken in de tuin is dat het een dynamische omgeving is – zelfs als je fouten maakt, zullen ze snel worden verholpen – neem bijvoorbeeld de rozenstruik; rozen zijn erg winterhard en vergevingsgezind, dus het is moeilijk om een fout te maken. Zorg voor een goede scherpe snoeischaar voor deze klus. Snijd alle dode takken en takken af die in de verkeerde richting zijn gericht. Knip als laatste de takken af die u wilt laten regenereren voor de toekomstige groei – houd ongeveer drie groeiknoppen op het betreffende tak.
Een andere goede tip voor het opfrissen van de lay-out is het verplaatsen van planten van het ene deel van de tuin naar de andere. Als je struiken verplaatst, probeer het dan niet met iets dat te groot is, want je zult problemen hebben om alle wortels op te staan. Maar voor kleinere struiken zoals daphne, rozemarijn of rozen (opnieuw), hoef je eerst maar een flink gat te graven waar je de struik wilt plaatsen. Leg wat bloed en botten aan het einde. Zoek dan voorzichtig de struik op die je wilt transplanteren, waarbij je zo veel mogelijk wortel en zoveel mogelijk grond rond de wortel neemt. Verplaats vervolgens de struik – wortels, aarde en alles – naar de put waar het gaat doen. Breng zoveel grond aan als je nodig hebt om het gat naar boven te vullen, en geef het water.
Source by Owen Flynn